zondag 14 september 2008

De chaostheorie



Een vlinder die in China met haar vleugels beweegt, kan een kettingreactie op gang brengen die tot een orkaan aan de andere kant van de wereld kan leiden. Dat is in een notendop de chaostheorie.

Sinds ik bezig ben met de voorbereiding op mijn eerste marathon heb ik mijn lichaam beter leren kennen: wat het aankan, waar de zwakke plekken zitten, welke voeding en welke dranken positief uitwerken, wanneer het verstandig is om rust te nemen...

Het paradoxale is dat ik me tegelijkertijd nog meer bewust ben geworden van het feit dat de chaostheorie letterlijk op mijn lijf is geschreven, wat het moeilijk maakt goede voorspellingen te doen over de nabije toekomst.

Als een Erwin Kroll probeer ik voor een training telkens weer te voorspellen hoe het zal gaan. Als een Erwin Kroll zit ik er ook telkens weer naast. Dan gaat het vreselijk, terwijl ik me zo fit voelde of andersom. Of de eerste tien kilometer gaan stroef tot ik ineens in een grandioze tred kom, of de eerste kilometers gaan vanzelf, maar daarna zakt het ineens in.

De vlinder in de vergelijking staat voor een van die vele mogelijke kleinigheden die de prestatie kunnen beïnvloeden: een virusje waar ik in rust nog geen last van had, de luchtvochtigheid, een nauwelijks merkbaar, maar toch niet te ontkennen pijntje, hoe goed het ontbijt is gevallen, de aantrekkelijkheid van de route enzovoort. Het begrip 'vorm van de dag' dekt de lading niet helemaal, het gaat ook om invloeden van buitenaf die iets doen met je.

Het chaotische zit hem ook in die onnavolgbare wisselwerking tussen lichaam en geest. Zo kon ik afgelopen zaterdag dieper gaan dan anders omdat mijn horloge me beloofde dat ik dan voor het eerst de 20 kilometer onder de 1:40 kon lopen. Dat vond ik wel een aantrekkelijk perspectief. Grappig detail: ik had nog vier seconden over. Een ander voorbeeld: de ene keer loop ik heerlijk na een drukke, productieve dag, de andere keer lijk ik ook fysiek moe van het werken (terwijl ik toch een zogenaamd 'zittend beroep' heb).

Kortom, voor de kennis van je eigen lichaam lijkt hetzelfde motto van toepassing als voor de voortgang in de wetenschap: hoe meer we weten, hoe minder we weten!

Geen opmerkingen: